Het gedacht van Berbroek!

De Berbroekenaar woont graag in Berbroek en voelt er zich over het algemeen veilig. Dat is het belangrijkste! Naar ruimtelijke ordening toe zijn er enkele pijnpunten. Het groene, landelijke karakter behouden is belangrijk. De heraanleg van het dorpsplein en bijhorende speeltuin zijn een bekommernis.

Johny Franssen (voorzitter N-VA Herk-de-Stad, inwoner Grotestraat): “Het plein wordt vernieuwd. Hopelijk verloopt alles vlot zodat we nog in deze bestuursperiode hiervan kunnen genieten. De herinrichting zal ervoor zorgen dat automobilisten moeten vertragen wanneer ze Berbroek inrijden. We onthouden ook dat er in Berbroek een volwaardige speeltuin nodig is.”

De wijkagent is onvoldoende gekend. Johny : “Daar kunnen we jullie alvast helpen. Voor de deelgemeente Berbroek is dit An Dumon. Je kan haar bereiken via telefoon op 013 61 99 48, gsm 0471 91 23 82 of via mail op herk-de-stad [at] politielrh.be.”

Er is een groot draagvlak om hard op te treden tegen sluikstorten. En dus ook voor het verstrengd beleid van dit bestuur om op te treden met zware GAS-boetes. Ook te hard rijden mag worden aangepakt, zowel naar infrastructuur als naar repressief optreden van de politie toe.

Michel Laenen (gemeenteraadsvoorzitter, lid van de politieraad en de verkeerscommissie): “Verkeersveiligheid was een veelbesproken thema in onze enquête. We hebben aan den lijve ondervonden dat er veel te snel gereden wordt in de Bosstraat, de Grotestraat en de Nachtegaalstraat. Het merendeel (bijna 70 %) kan zich vinden in maatregelen om het verkeer te remmen. Ook de oversteek van de Kapelstraat naar de Bosstraat over de N2 is een gevaarlijk verkeerspunt. Daarom komen er verkeerslichten en veilige oversteekplaatsen voor voetgangers en fietsers. Bovendien zijn (fiets)valpartijen in de Gasterbosstraat door de biggenruggen binnenkort verleden tijd door de aanleg van een vrijliggend fietspad. We noteren ook dat er vaak parkeerproblemen zijn aan de school.”

Herk-de-Stad wil haar inwoners via verschillende kanalen zo goed mogelijk informeren. Het merendeel (81 %) geeft in onze enquête aan dit te appreciëren.

Björn Lambrechts (gemeenteraadslid, inwoner Kapelstraat): “Via de gemeentelijke website kan je momenteel meldingen zoals sluikstort doorgeven. Je kan online ook heel wat documenten opvragen. Toch moet je voor het indienen ervan in veel gevallen nog rechtstreeks contact opnemen met de gemeentelijke diensten. In sommige gemeenten is het online aanbod uitgebreider met bijvoorbeeld subsidieaanvragen. Een stap die onze gemeente nog moet zetten.”

Van een nieuw gemeentehuis liggen dan weer weinig mensen wakker. Over de gemeentelijke fusie zijn de meningen sterk verdeeld. Weinig verschil tussen het kamp voor, tegen en geen mening.

Deze categorie is vooral gericht op mensen met (jonge) kinderen, waardoor heel wat Berbroekenaren ‘geen mening’ invulden. Toch gaf van de mensen met een opinie de overgrote meerderheid aan dat ze tevreden zijn over de buitenschoolse activiteiten en de kinderopvang. Verder zei een vierde dat de jeugd-, sport- en cultuurverenigingen voldoende ondersteund worden.

Wim Berden (schepen van Jeugd, Financiën en Milieu, inwoner Herkkantstraat): “Tegelijkertijd antwoordden bijna evenveel Berbroekenaren dat deze ondersteuning beter kan. Voor mijn bevoegdheid, jeugd, probeer ik zoveel mogelijk met de Herkse jeugdverenigingen in contact te komen. Ik ga actief in overleg op de jeugdraad en bezocht tijdens de zomervakantie hun jaarlijkse kampen. Verder zijn we onlangs gestart met een handige website waarop ouders hun zoon of dochter kunnen inschrijven voor ons vernieuwd vrijetijds-en zomeraanbod. Neem dus snel een kijkje op herk-de-stad.kwandoo.com.”

Een meerderheid (54 %) vindt dat sociale woningen her en der verspreid moeten worden. Het aantal sociale woningen in Herk-de-Stad steeg fors om de Vlaamse doelstellingen te halen. Het is echter belangrijk dat er in de gemeente een goed evenwicht tussen sociale woningen en privéwoningen is.

Verder antwoordde een derde van de ondervraagden dat ze te weinig weten over de diensten van het OCMW. Karolien Grosemans (OCMW-voorzitter en schepen van Sociale Zaken): “We zijn ons hiervan bewust en zijn al aan de slag gegaan. Momenteel leggen we de laatste hand aan een overzichtelijke brochure van het OCMW.”

Het merendeel (89 %) vindt dat leefloners nuttig maatschappelijk werk mogen doen. Karolien: “We moeten hier inderdaad volop op inzetten. Vandaag werkt het OCMW samen met de VDAB en De Winning om via een trajectbegeleider en activeringscoach leefloners te helpen om werk te zoeken, te vinden én te behouden.”